INTERVIEW KLANK
Wat voor soort muziek staat er in je platenkast?
Eigenlijk van alles; ik ben bang dat ik niet echt de ware muziekkenner ben hoor: muziek link ik vaak aan sfeer, aan gebeurtenissen, aan belevenissen. Muziek is voor mij vaak een middel, niet een doel. Ik zie hier naast me BLØF naast SINATRA en SATIE naast PUCCINI staan: het lijkt wel een juke-box!
Op wat voor momenten luister je naar klassieke muziek? (en bv tijdens wat voor bezigheden, tijdens wat voor stemming oid)
Wisselend natuurlijk; de opzwepende muziek tijdens het spinnen (ABBA) is een heel andere dan de muziek die ik speel tijdens een avondje rustig lezen, tv uit, gordijnen dicht en muziek aan. Speciaal vind ik ook het zappen: zoals je voor een boekenkast kunt staan en een stukje hieruit en dan een stukje daaruit kunt lezen, zap ik soms door mijn muziek, kris-kras door tijden en stijlen heen.
Wat voor instrumenten of formaties hebben je voorkeur? Heb je favoriete muziekstuk(ken)?
Eigenlijk zang. Vraag je naar mijn voorkeur voor de mooiste muziek, dan is het opera, natuurlijk DON GIOVANNI op nummer 1, maar ook de opera’s van Verdi en (vooral) Puccini kunnen me beroeren. Opera’s boeien me zo omdat ze alles uitvergroten: emoties gaan meteen recht de hemel in of juist naar de diepste krochten van de menselijke ziel (componisten zijn wel altijd vrouwonvriendelijk, want of ze nou Madama Butterfly, Violetta of Gilda heten: dood gaan ze): Oscar Wilde gaf niet voor niets als definitie van een opera ‘een toneelstuk waarin de bariton met de sopraan naar bed wil, maar waarin op het einde de tenor met haar gaat lopen’; liefde op het scherpst van de snede!
Mijn favoriete muziekstuk – ach, dat komt ook omdat we dat hebben gedraaid op de begrafenis van mijn moeder – is O Divine Redeemer en dan gezongen door Kiri Te Kanawa. Als ik dat hoor, gaat de hemel een beetje open. Volgens mij is de muziek ook de enige kunstvorm die het tussenstation van interpretatie niet nodig heeft: zij is het mest direct!
Bezoek je wel eens een concert? (waar bv) Kun je een herinnering beschrijven aan een concert dat je bijzonder vond?
Ja vaak. Ben niet alleen gevoelig voor de muziek, maar ook voor de plaatsen waar die gemaakt wordt: operagebouwen bezoeken vind ik ook van muziek genieten. Zo zag ik in Palermo het operagebouw en hoor dan Cavalleria Rusticana (en zie dan The Godfather III); muziek is denk ik meer een totaaltheater voor mij, inclusief beelden en herinneringen en sfeer. En Sting in Ahoy: prachtig!
Hoe ben je met klassieke muziek in aanraking gekomen?
Niet van huis uit hoor. Dat is langzaam gegroeid. Een vriend raadde mij aan ‘op te klimmen’: eerst de eerste symphonieen of bijvoorbeeld pianoconcerten, dan pas de latere. Componisten groeien in een eigen stijl, de oudste werken zijn daarom het makkelijkst (en ook nodig om de weg te zien). Ik probeer dat overigens ook weleens met jazz, maar daar lukt het me niet.
Bovendien: als filosofie-student bestudeer je uiteraard Nietzsche; hij was een groot bewonderaar van Wagner (of verliefd op diens vrouw Cosima) en zag in die muziek de vervolmaking van zijn ideeën: dat wilde ik wel eens meemaken!
Nu draai ik voor mijn leerlingen en studenten Wagner als ik de herenmoraal van Nietzsche wil duidelijk maken!
Wat betekent klassieke muziek voor jou?
Ja, toch de herinnering, de sfeer, maar eigenlijk is muziek het zout: zoals dat de smaak versterkt van eten, versterkt muziek het gevoel dat ik dan heb: uitgelaten of ingetogen, vrolijk of wat serieuzer. Nee, ik ben absoluut geen muziekkenner, kan niet als ik vrolijk ben naar Satie luisteren of als ik moe ben naar Mozart: ik trek eigenlijk aan waar ik me op dat moment prettig in voel.
Marielle de Putter.